- nl
- en
Tijdens FFO25 vond de derde editie van ‘Grenzeloos Netwerken’ plaats. In De Grote Post kwamen verschillende sleutelfiguren uit de Vlaamse en Nederlandse film- en televisiewereld samen om het te hebben over de grootste uitdagingen en kansen voor een sterke, internationale samenwerking.
Het evenement werd geopend met een academische inleiding door Alexander De Man, onderzoeker aan de Universiteit Gent (CIMS; CESSMIR) en de Universiteit Antwerpen (ViDi). Hij bracht een historisch perspectief op de audiovisuele samenwerkingen tussen Vlaanderen en Nederland en wees op de lange traditie van coproducties tussen de twee regio’s.
De Man schetste hoe de institutionele scheiding van de Nederlands- en Franstalige Belgische cinema in 1964 ervoor zorgde dat Vlaanderen zich steeds meer tot Nederland ging richten. “We zien dat de Vlaams-Nederlandse samenwerking in de audiovisuele sector in golven verloopt. Er waren periodes van intensieve samenwerking en momenten van vervreemding. Toch blijven de gedeelde taal en culturele verwantschap een solide basis.”
We zien dat de Vlaams-Nederlandse samenwerking in de audiovisuele sector in golven verloopt. Er waren periodes van intensieve samenwerking en momenten van vervreemding. Toch blijven de gedeelde taal en culturele verwantschap een solide basis.
Lineaire televisie kampt anno 2025 met dalende kijkcijfers, terwijl streamingdiensten een steeds groter marktaandeel veroveren. Dat leidt volgens De Man onlosmakelijk tot een verschuiving in de manier waarop content wordt geproduceerd en verspreid. De internationale markt oefent een steeds grotere invloed uit en dat brengt zowel kansen als risico’s met zich mee. “De afhankelijkheid van internationale spelers maakt het moeilijker voor kleinere producties om overeind te blijven. Tegelijkertijd is het duidelijk dat streamingplatformen wel steeds vragende partij zijn voor lokale content.”
Wim Janssens van VRT geeft toe dat de manier waarop producties vandaag worden opgezet, inderdaad drastisch is veranderd. “Streamingplatformen hebben het medialandschap grondig dooreen geschud en dwingen ons om anders te kijken naar financiering en distributie.” Valerie Daems van Streamz erkent dan weer dat vooral de gevorderde data-analyse een grote impact heeft op beslissingen omtrent producties: “We kunnen vandaag veel beter analyseren wat wel en niet werkt, maar het gevaar is dat we daardoor te veel op zekerheid gaan spelen. We mogen niet vergeten dat innovatie en experiment essentieel zijn voor creatieve vooruitgang.” Scenarist en regisseur Malin-Sarah Gozin (‘Tabula Rasa’, ‘Dood Spoor’) bevestigt dat er heel wat gevaren schuilen in de dominante positie van de streamingdiensten: “We moeten goed bewaken dat we onze eigenheid niet verliezen. Vlaanderen en Nederland hebben een lange traditie van sterke audiovisuele content en het zou zonde zijn als we die creativiteit zouden inperken om enkel in te spelen op wat de algoritmes voorspellen.”
We kunnen vandaag veel beter analyseren wat wel en niet werkt, maar het gevaar is dat we daardoor te veel op zekerheid gaan spelen. We mogen niet vergeten dat innovatie en experiment essentieel zijn voor creatieve vooruitgang.
Internationale coproducties worden door de verschillende panelleden als een essentieel middel gezien om de uitdagingen van de sector het hoofd te bieden. Kristoffel Mertens van productiehuis Panenka benadrukt dat ze een manier zijn om zowel artistiek als financieel sterker te staan. Doreen Boonekamp, voormalig directeur van het Nederlands Filmfonds, bevestigt dit, maar wil ook benadrukken dat dergelijke initiatieven enkel werken als ze toegepast worden op alle fases van het proces; zowel bij makers, als producenten en distributeurs.
Een nieuw voorbeeld op de markt is ‘New8’, een samenwerking tussen acht Europese publieke omroepen, waaronder ook VRT en NPO. Volgens Elly Vervloet van VRT kan New8 een belangrijke rol spelen in het stimuleren van kwaliteitsvolle content. “New8 stelt ons in staat om projecten te ontwikkelen met een breder draagvlak. Door samen te werken vanaf de conceptfase kunnen we series en films creëren die zowel lokaal als internationaal resoneren.” Volgens Mertens biedt New8 niet alleen financiële voordelen, maar ook creatieve kansen: “Het helpt om risico’s te spreiden en tegelijkertijd een platform te creëren waar Europese makers samen kunnen werken en leren van elkaars aanpak.” Het initiatief heeft al geleid tot de creatie van projecten zoals ‘This Is Not a Murder Mystery’, dat dankzij de samenwerking op meerdere Europese zenders zal worden uitgezonden.
New8 stelt ons in staat om projecten te ontwikkelen met een breder draagvlak. Door samen te werken vanaf de conceptfase kunnen we series en films creëren die zowel lokaal als internationaal resoneren.
Vervloet benadrukt dat deze nieuwe aanpak van cruciaal belang is in een veranderend medialandschap. “Als Europese makers moeten we samen sterk staan. Door initiatieven zoals New8 kunnen we concurreren met de grote internationale spelers en tegelijkertijd verhalen vertellen die uniek zijn voor onze regio.” Toch zijn er ook valkuilen. Regisseur Arne Toonen waarschuwt onder meer voor “geforceerde” coproducties. “Het blijft belangrijk dat een product natuurlijk aanvoelt. Als je plots nog een Vlaamse of Nederlandse acteur moet opvoeren om aan bepaalde subsidieregels te voldoen, voelt het publiek dat ook en gaat de geloofwaardigheid van het project verloren.”
De panelleden zijn het erover eens dat overheidssteun een cruciale rol speelt bij het stimuleren van coproducties. Karla Puttemans van het VAF pleit voor meer flexibiliteit in financieringsstructuren: “Het is belangrijk dat we makers ondersteunen in de vroege fase van een project. Hoe sneller een productie zekerheid krijgt, hoe groter de kans op een succesvolle afronding.”
Spelers die hun steentje bijdragen aan de internationale identiteit van series en films, moeten meer erkenning krijgen. Om die reden wordt scenariste Malin-Sarah Gozin geëerd met een Ensor voor haar internationale bijdrage aan de Vlaamse televisie. Heer projecten ‘Tabula Rasa’ en ‘Bad Sisters’ hebben Vlaanderen op de wereldkaart gezet. “Goede verhalen hebben tijd en steun nodig. Ik ben dankbaar voor iedereen die in mijn werk heeft geloofd. Dit is een erkenning voor alle makers die blijven zoeken naar originele en gewaagde verhalen.