Twee broers, één camera: In gesprek met Raf en Jan Roosens over ‘Comeback’

De zeventiende editie van Filmfestival Oostende opent met een knaller. Broers Raf en Jan Roosens mogen vrijdag 31 januari hun eerste langspeelfilm op de wereld loslaten. In ‘Comeback’ vinden verscheurde familiebanden en loeiharde technobeats elkaar in de donkerste nachtclubs van Brussel.  

Jan en Raf Roosens

‘Comeback’ gaat in wereldpremière op FFO. Welk gevoel geeft dat? 

We zijn zo ontzettend dankbaar dat onze film het startsein mag geven van dit mooie festival. FFO is echt een bijzonder evenement dat de Vlaamse film, en bij uitbreiding de hele sector, in de schijnwerpers zet. Daar deel van mogen uitmaken, is een grote eer. 

FFO is echt een bijzonder evenement dat de Vlaamse film, en bij uitbreiding de hele sector, in de schijnwerpers zet. Daar deel van mogen uitmaken, is een grote eer.

Hadden jullie hiervoor al een band met het filmfestival? 

Onze eerste film 'Rotkop' won in 2012 de Ensor voor Beste Kortfilm. Ondertussen heeft Jan in de jury gezeten voor de kortfilmcompetitie en vorig jaar was Raf jurylid van de COOP!-competitie. Stuk voor stuk waren dit heel leuke en inspirerende ervaringen. 

Tijdens FFO ontdekken we elk jaar opnieuw fantastische films, zowel van gevestigde internationale waarden als van beginnende makers uit België. En laten we eerlijk zijn, het Filmfestival van Oostende organiseert ook gewoon het allerleukste openingsfeest (lacht).

Voorafgaand aan dat feest gaan we eerst samen naar ‘Comeback’ kijken. De film vertelt het verhaal van de 14-jarige Ava die haar weg probeert te vinden in de complexe relatie tussen haar gescheiden ouders, die in een vorig leven een succesvol DJ-duo vormden. Wat bracht jullie tot het verhaal?

We wilden met ‘Comeback’ een eerlijk en positief portret brengen van een gezin waarin iedereen worstelt én eigen dromen najaagt. Dochter Ava probeert goed te doen voor haar ouders, maar moet uitkijken dat ze zichzelf niet verliest. Moeder Naomi vecht tegen haar eigen demonen, en ondertussen wil ze haar dochter kennis laten maken met de wereld waarin ze zelf floreert. Vader Dominique streeft vooral naar een veilige omgeving voor zijn dochter om in op te groeien, maar botst op muren. Elk personage wordt dus geconfronteerd met specifieke uitdagingen, terwijl ze eigenlijk allemaal het beste willen voor elkaar. 

Eigenlijk gaat de film over de zoektocht naar balans. Hoe vind je als ouder een evenwicht tussen goed zorgen voor je kind en je eigen dromen waarmaken? En hoe zorg je ervoor dat jouw kind zich niet verantwoordelijk voelt voor jouw geluk? Het spanningsveld tussen een kind en zijn ouders vormt een onuitputtelijke bron van inspiratie, en daar ligt de kern van ons verhaal.

Eigenlijk gaat de film over de zoektocht naar balans. Hoe vind je als ouder een evenwicht tussen goed zorgen voor je kind en je eigen dromen waarmaken?

Worden er, naast die moeilijke evenwichtsoefening, nog andere belangrijke thema’s aangehaald?  

De moeilijkheden van de puberteit mogen we hier ook niet over het hoofd zien. Ava worstelt met zichzelf en met haar eigen identiteit. Ze is echt op zoek naar haar plekje in de wereld. Tegelijkertijd neemt ze een volwassen rol op, omdat ze denkt dat ze zo erkenning van haar ouders zal krijgen. Ze neemt dus een houding aan die eigenlijk helemaal niet bij haar leeftijd past. Voor ons was het heel belangrijk om te tonen hoe Ava in die rol wegdrijft van zichzelf en steeds meer een masker opzet om haar eigen onzekerheden te verbergen. Ze doet alles in teken van haar ouders, maar daardoor raakt ze zelf steeds meer op de achtergrond. 

En dat allemaal in een setting van nachtclubs en loeiharde technobeats. 

De setting van de technowereld vonden we spannend, omdat die zo kleurrijk en bruisend is. Het voelt voor buitenstaanders soms misschien aan als een harde of enge wereld, maar eigenlijk is het vooral een plek waar iedereen zichzelf kan zijn.

Zwangere Guy

Jullie hebben een fantastische cast kunnen strikken met gevestigde waarde Veerle Baetens als moeder Naomi en debutant Gorik van Oudheusden (aka Zwangere Guy) als vader Dominique. Was het al tijdens het schrijfproces jullie plan om met hen te gaan werken? 

Veerle en Gorik waren vanaf het schrijven van het scenario inderdaad onze droomacteurs. We hebben eigenlijk nooit een echt castingproces doorlopen of zelfs andere acteurs overwogen. 

Gorik was in eerste instantie vooral een inspiratiebron voor het personage van de vader. Maar naarmate we verder werkten, begonnen we ons af te vragen waarom we hem eigenlijk niet echt zouden vragen voor de rol. Hij reageerde enthousiast, en er was meteen een goede klik. Het personage van Dominique is gaandeweg ook echt meegegroeid met hem. Gorik is in het echte leven bijvoorbeeld ook op zoek gegaan naar manieren om gezonder en spiritueler te worden, en dat hebben we in de film dan ook vertaald naar zijn personage. De rol is op die manier ook echt authentiek geworden. 

Veerle is zonder twijfel een van de meest getalenteerde acteurs van haar generatie. Het was voor ons echt een verrijkende ervaring om met haar te mogen werken. Ze stak zoveel diepgang in haar personage. Acteurs maken vaak een soort “Bijbel” waarin ze de achtergrond van hun personage helemaal uitwerken. Veerle ging nog een stap verder. Ze ontwikkelde de geschiedenis van Naomi tot wel twee generaties terug. Ze wist dus exact hoe Naomi’s ouders elkaar hadden leren kennen, hoe ze als kind was opgevoed en hoe al deze details haar levenskeuzes hadden beïnvloed. Doordat Veerle ook betrokken was bij het schrijfproces van de film, kon ze de rol van Naomi dus nog gelaagder maken.

Veerle Baetens

Ligt het personage van Naomi dan ook dicht bij haar persoonlijke leven? Kon zij bijvoorbeeld dj’en?  

Voor de muziek in de film werkten we samen met Jeroen De Pessemier van The Subs. Hij heeft nummers gemaakt die echt op het lijf geschreven zijn van het personage van Naomi. Jeroen heeft Veerle zelf leren dj’en naar aanloop van de draaiperiode opdat haar performance geloofwaardig zou overkomen. De muziek in de film is echt een verlengstuk van haar personage. De soundtrack vormt een krachtige aanvulling op Naomi’s zoektocht naar vrijheid. 

Eigenlijk hadden we in ons script geschreven dat Naomi zou dj’en achter een draaitafel, maar toen we samen met Veerle naar een concert van The Subs gingen kijken, kwamen we tot een nieuw inzicht. Jeroens vrouw, Aylin Hazel, nam heel het publiek in door haar performance als zangeres. Op dat moment wisten we dat Naomi niet gewoon moest draaien, maar ook dansen en performen. Die mix is veel dynamischer en past veel beter bij de gelaagdheid van haar personage. Zo is het personage van Naomi organisch gegroeid tot een rol die helemaal op Veerles lijf is geschreven.

Ook Veerles dochter, Billie Vlegels, schittert in jullie film als Ava. Hoe is dat tot stand gekomen?

Eigenlijk op een best bijzondere manier (lacht). Voor de rollen van de ouders hadden we dus meteen de acteurs voor ogen, maar voor het kind stonden echt alle opties open. We wisten eigenlijk niet eens of we voor een zoon of een dochter zouden gaan. Toevallig was onze casting director op dat moment ook bezig met de casting voor de film ‘Het smelt’ (het regiedebuut van Veerle Baetens, red.). Voor de hoofdrol was ze op zoek naar een meisje van een jaar of 13. Toen we enkele casting tapes van die audities te zien kregen, sprong Billie er voor ons meteen uit. Ze was ontwapenend, oprecht en had die mix van jeugdigheid en zelfstandigheid die we zochten voor het personage. Op dat moment hadden we helemaal geen idee dat ze Veerles dochter was!  

Toen dat aan het licht kwam, hebben we uiteraard eerst met Veerle overlegd. Ze vond het best een spannend experiment om samen met haar dochter te mogen werken, en dus hebben we meteen de knoop doorgehakt. We zijn met Billie in zee gegaan en hebben twee jaar lang gerepeteerd. Haar zelfvertrouwen groeide en op de set stond ze stevig genoeg in haar schoenen om haar moeder echt uit te dagen (lacht). 

Billie-Louise Vlegels

Het was prachtig om te zien hoe ze beiden de dynamiek tussen moeder en dochter op een heel authentieke manier wisten over te brengen. En dat kan je ook goed zien in de film.

Familiebanden staan centraal in dit project. Moeder en dochter voor de camera, twee broers erachter. Hoe is jullie professionele samenwerking verlopen? Was het een vloek of een zegen?

Zeker en vast een zegen! We werken al jaren samen en zijn echt goed op elkaar ingespeeld. Als broers zijn we natuurlijk hecht, en dat geeft ons een natuurlijke, bijna intuïtieve manier van werken. Het is fijn dat we zowel de stress als de ontlading en trots achteraf met elkaar kunnen delen.

Als broers zijn we natuurlijk hecht, en dat geeft ons een natuurlijke, bijna intuïtieve manier van werken. Het is fijn dat we zowel de stress als de ontlading en trots achteraf met elkaar kunnen delen.

Draait elk familie-etentje nu ook uit op een gesprek over het werk? 

Ook onze ouders leven heel intens mee, dus ja (lacht), we praten er veel over. Wat ook heel fijn is, is dat onze eigen kinderen oud genoeg zijn om uit te kijken naar deze film. Bovendien waren onze partners tijdens het schrijven van het scenario een klankbord voor ons. ‘Comeback’ is dus een echte family affair.

Jullie regisseerden als duo eerder de succesvolle kortfilms als ‘Rotkop’, ‘Copain’ en ‘White Goldfish’. ‘Comeback’ is jullie langspeeldebuut. Hoe hebben jullie de draaiperiode ervaren? Was het alles wat jullie gehoopt of gedroomd hadden?

Een langspeelfilm maken is een constant gevecht tegen de tijd. Er moet zo veel gebeuren! Het is ook logisch dat, hoe langer de film, hoe meer planning en organisatie erbij komt kijken. Maar gelukkig waren we goed omringd door een fantastische crew. 

Toch is het best een stresserend proces geweest, maar dat hebben we grotendeels aan onszelf te danken. We hadden bijvoorbeeld het idee om ‘Comeback’ op 16mm pellicule te draaien, omdat die analoge look mooi contrasteert met de digitale wereld van techno. Maar 16mm is erg duur en brengt heel wat onzekerheid met zich mee omdat het ontwikkelen ervan kan mislukken. Als dat gebeurt, ben je de opnames van de hele dag kwijt. 

Daarnaast hadden we de lat ook echt hoog gelegd voor onszelf. We wilden een sterke styling, topacteurs, een specifieke visuele sfeer… En dat allemaal met een vrij beperkt budget. Als co-producenten, scenaristen en regisseurs hebben we dus verschillende petten opgehad tijdens het hele proces. Dat gaf ons veel controle, maar zorgde ook voor een enorme druk. Gelukkig konden we rekenen op de ervaring van Bart Van Langendonck als producent. Zijn rust was top. Op de moeilijkste momenten was hij er om te relativeren en te zeggen dat alles wel goed zou komen, in the end. 

Welke boodschap willen jullie met ‘Comeback’ graag meegeven aan het publiek? 

Het is zeker niet onze bedoeling om met het vingertje te wijzen en te preken over goed en slecht. Net als de personages in onze film, heeft ook in het echte leven iedereen zijn sterktes en zwaktes. Uiteindelijk zijn we allemaal op zoek naar balans. We hopen dus dat mensen zich daarin herkennen. 

We kozen ervoor om in ‘Comeback’ vooral te focussen op het perspectief van het kind, dat vaak onbewust de gevolgen voelt van de keuzes die de ouders maken. Het is geen kwestie van als ouder alles perfect te willen doen, want dat is toch onmogelijk. Het belangrijkste is om er te zijn voor elkaar op de momenten waarop de ander het hardst worstelt. Dan zijn empathie en bewustzijn zo belangrijk. En elkaar graag zien natuurlijk, want liefde – voor een kind, een ouder of voor elkaar – overwint alles.

Redactie
Hannelore Gheldof